
"Een oppashond houdt me in beweging én in contact met mensen"
Herma van Dodeweerd (70) woont in de wijk Wittevrouwen in Utrecht. Ze werkte jarenlang als jurist en geniet nu van haar pensioen. Hoewel ze altijd honden heeft gehad, besloot ze na het overlijden van haar laatste hond geen nieuwe hond meer te nemen. Toch miste ze het gezelschap van een hond enorm, tot ze Stichting OOPOEH ontdekte.
Herma van Dodeweerd (70) woont in de wijk Wittevrouwen in Utrecht. Ze werkte jarenlang als jurist en geniet nu van haar pensioen. Hoewel ze altijd honden heeft gehad, besloot ze na het overlijden van haar laatste hond geen nieuwe hond meer te nemen. Toch miste ze het gezelschap van een hond enorm, tot ze Stichting OOPOEH ontdekte.
‘Mijn man Theo en ik waren altijd druk met werk. Toen we beiden met pensioen gingen, overleed ook onze laatste hond. Ineens waren we veel meer thuis, zaten veel stil en misten we de dagelijkse wandelingen en de praatjes met andere hondeneigenaren. We hebben serieus overwogen een hond uit het asiel te halen, maar we zijn de jongsten niet meer. Een hond opvoeden, naar cursus gaan, het hele riedeltje opnieuw; dat vonden we toch te intensief. En wat gebeurt er met de hond als wij er op een dag niet meer voor kunnen zorgen?
Toen zag ik toevallig een flyer van Stichting OOPOEH hangen. Ik had er nog nooit van gehoord, maar het sprak me meteen aan. De stichting koppelt ouderen aan honden uit de buurt die een oppas zoeken. Ideaal! We maakten kennis met een vrouw uit de buurt — ze woont op nog geen vijf minuten lopen. Het klikte meteen: met haar én met haar hond. Sindsdien zorgen we twee keer per week voor de hond. Om half acht ’s ochtends wordt ze gebracht, en rond zes uur wordt ze weer opgehaald.
Toen zag ik toevallig een flyer van Stichting OOPOEH hangen. Ik had er nog nooit van gehoord, maar het sprak me meteen aan. De stichting koppelt ouderen aan honden uit de buurt die een oppas zoeken. Ideaal! We maakten kennis met een vrouw uit de buurt — ze woont op nog geen vijf minuten lopen. Het klikte meteen: met haar én met haar hond. Sindsdien zorgen we twee keer per week voor de hond. Om half acht ’s ochtends wordt ze gebracht, en rond zes uur wordt ze weer opgehaald.
We maken er altijd een leuke dag van, gaan vaak samen wandelen met een andere oopoeh uit de buurt en haar oppashond. De honden zijn heel enthousiast als ze elkaar tegenkomen! Dan lopen we door de Voorveldsepolder, daar ontmoet je veel andere hondeneigenaren, vaak ook wat ouder en dat schept echt een band. Eigenlijk is het een soort grote bejaardensoos, maar dan in de buitenlucht!
Een oppashond is ideaal voor ons, ik geniet echt van de dagen met Tess maar ben tegelijkertijd ook blij als ze om zes uur weer wordt opgehaald. ’s Avonds nog met een hond naar buiten moeten? Dat hoeft voor mij niet meer. Zeker in het donker voel ik me niet altijd prettig op straat. Dit is echt: wel de lusten, niet de lasten. Het is echt een naar twee kanten uitstralend succes.
Ik kan het andere ouderen echt aanraden: je doet echt iets nuttigs. Voor jezelf, voor de hond en voor de eigenaar. je komt buiten, hebt een daginvulling, bent in beweging en ontmoet andere mensen — allemaal dingen die belangrijk zijn als je ouder wordt. En bovenal: je hebt weer dat warme, vrolijke gezelschap van een hond. Dat is zó waardevol.’
